Reisverslag  Dag 20 - Vrijdag 19 Juni 2009

 

08:00 Wakker. Na alweer een prima ontbijt krijg ik van Rita nog een paar tips voor het doel van vandaag, de noordkant van de Vikos kloof en de weg richting Albanese grens. Toch rijd ik eerst zuidwaarts, op aanraden van Bert en Yvonne. Daar is een infocentrum waar ik nog meer info krijg en een heleboel folders. De medewerkster vertelt wel bijna een half uur lang van alles over het gebied, begeleidt met plaatjes uit een fotoboek en diverse kaarten.

Dan gaat de rit noordwaarts, richting Papingo. De navigatie stuurt mij echter naar Vikos en beweert dat er een weg doorloopt naar Papingo. Er is echter geen weg te zien behalve een smal pad na het kerkplein. En daar kan mijn auto echt niet doorheen. Ik probeer mijn zusje - die vandaag jarig is - vanuit een telefooncel te bellen maar die telefoon doet het niet. Bert Visscher begint te zeuren als ik omkeer maar ik moet echt terug om via Aristi de andere heuvelrug op te rijden.

Ik bereik Papingo met zijn zeskantige kerktoren en schiet er wat plaatjes. Ook heb ik daar een werkende telefooncel maar geen gehoor bij zuslief. Ook ieder jaar hetzelfde liedje brom ik met een glimlach. Ik stap de auto weer in en ga omhoog, richting Mikro Papingo. Onderweg zie ik een parkeerplek en vermoed dat daar de trap leidt naar de natuurlijke poelen van Papingo. Maar eerst rijd ik door en sta in het bergdorpje van het uitzicht te genieten. De temperatuur is - net als de afgelopen dagen - de dertig graden alweer gepasseerd en het is dan ook goed warm.

Dus rijd ik terug naar beneden en stop op de parkeerplaats. Ik ben de enige en loop over het pad naar de natuurlijke poelen. Die zijn er wel maar de grootste is toch echt aangelegd middels een damwand. Maar het is er schitterend en het bergwater is wel koud maar ook glashelder en wordt continue ververst door nieuw bergwater. Ik besluit een plons te gaan wagen en dus haal ik mijn zwemkleding en handdoek.

Het is wel even wennen want ik denk dat het water maximaal 12 graden is. Ook schrik ik even als ik een slang zie met een kikker in zijn bek. Die kikkers had ik eerder gezien maar die slang is toch meer zorgwekkend. Het is een exemplaar van 30 cm en ik besluit hem flink weg te spetteren. Van schrik laat hij de kikker los die meteen wegzwemt. Dan schiet de slang tussen de rotsen weg en zie ik hem niet meer terug. Ik blijf een beetje uit de buurt van de rotsen en plons flink. Dat jaagt de beesten wel goed weg en zorgt ervoor dat ik toch wat warm blijf in het koude water.

Ik krijg bezoek van een Griek met zijn vrouw uit Thessaloniki. Hij gaat - met veel gebibber en gebrul - het water in maar zijn vrouw blijft mooi droog op de rotsen zitten. Hij vertelt dat ze 3 jaar geleden met hun dochters wel het water in geweest is. We zitten niet veel later buiten het bassin op te drogen en ik voel mij lekker verfrist. Voor de rest heb ik niemand in dit kleine paradijs gezien en ik besluit er morgen zeker nog terug te komen.

Dan loop ik terug naar de auto en rijd richting de Albanese grens via Bourazani. Het is een mooie route en ik zit te genieten in mijn auto. Ik passeer een mooi klooster maar ze zijn er met de weg bezig en de werklui liggen in hun wagens te slapen. Dan zal in het klooster ook wel rust heersen en ik laat het rechts liggen. Ik rijd door tot Molivdoskepastis en ontdek dat het een heel klein dorp is met een kerk, een politiekantoor, een taverna en wat huizen. Ik kan door naar de wachtpost die de (gevoelig liggende) grens met Albanië bewaakt maar ik zie van verre al de borden dat ik geen foto's mag nemen. Dat deel van Albanië (Makedonia) wordt nog steeds als Grieks beschouwd en de grens wordt zwaar bewaakt (ook vanwege de illegalen die de EU binnen willen komen).

Ik rijd terug via Konitsa naar huis waarbij ik op zoek ga naar een carwash. Mijn auto kan wel een opfrisbeurt gebruiken, zeker de velgen die ik goed moet bijhouden. Ik kan echter geen borstels ontdekken bij de diverse tankstations. Ik doe in Kalpaki nog even wat boodschappen en kom om 16:30 thuis. Ik ga richting kamer en val al snel in slaap. Voor mijn gevoel lig ik er maar even in als ik geklop op de deur hoor. Maar het blijkt dat ik bijna 2 uur heb geslapen. Het is Bert die vertelt dat het klooster aan het begin van het dorp open is en dat we er zo met Rita heen kunnen.

Ik kleed mij aan en loop naar buiten. De groep is nog niet compleet dus besluit ik eerst mijn zusje te bellen. Nog steeds geen gehoor. Dan lopen Bert, Yvonne, Rita en het koppel uit Brabant naar het klooster. De man van dat koppel lijkt trouwens sprekend op de man die Tineke Schouten assisteert, ook qua stem. Ik heb het hem gevraagd toen niemand erbij was maar hij reageerde heel verbaasd "Tineke Schouten?" en zei daarna dat hij medisch consultant was. Onderweg stopt Rita bij menig struik en boom en ze weet verdomd veel van alle planten.

Het klooster is onbemand en de man die het verzorgt was er nu even bezig. Dus kunnen wij de mooie kapel met schitterende muurschilderingen bewonderen. Ook de geheime school in een ruimte onder het klooster waar tijdens de Turkse bezetting de kinderen toch school op de juiste wijze (lees: Griekse wijze) konden krijgen, met onder andere het Grieks-orthodoxe geloof.

Dan begint de klim weer terug naar het hotel. De luchtvochtigheid is de laatste dagen langzaam maar zeker gestegen en je ziet nu steeds meer wolken bij de bergen. Dat zorgt ervoor - samen met de inspanning van de klim - dat ik aardig wat straaltjes over de rug voel lopen. Geeft niet, ik moet toch nog douchen. Daarna ben ik weer afgekoeld en opgefrist.

Het eten bestaat uit spetzofai en yemista. Voor diegene die niet weten wat dit is hebben we tegenwoordig zoekmachines op internet, dus ga ik er verder niet op in behalve dat het weer waanzinnig lekker was. Het natafelen is al een begrip geworden en zowel Yiannis als Rita weten dat ik de tsipouro graag in gezinsverpakking hebben wil. Ik krijg eindelijk zuslief aan de lijn en feliciteer haar met haar verjaardag. Toch mis ik nu al zeven jaar haar verjaardag en die van dochter Lisa. Voor Lisa heb ik dan nu iets speciaals en het blijkt dat Trudy daar al vanaf weet. Voor Trudy moet ik echter nog iets verzinnen en ze belooft erover na te zullen denken.

Rita gaat morgenochtend vroeg met de bus naar Thessaloniki. Daar studeren beide zoons en ze gaat de jongste ophalen. Ze weet niet of ze morgenavond terug zal zijn en daarom neemt ze nu al afscheid van Bert en Yvonne want die vertrekken zondagochtend naar Alexandroupoli en daarna naar Samothraki. Wij gaan daarom ook niet heel laat naar onze kamers en ik sluit om 0:15 mijn luiken.


De vakantiedagen van 2009 op een rijtje