Reisverslag  Dag 52 - Dinsdag 24 Juli 2012

 

08:15 Wakker na een goede nacht. Na het gebruikelijke ontbijt en de frappee zit ik om 10:30 in de auto en gaat de rit naar de watervallen bij Iliochori. Dat is een rit van 42 kilometer naar dat dorpje, maar doordat dit in de bergen ligt doe je er wel bijna 1,5 uur over. Het is wel een mooie rit, met vele mooie uitzichten over de dalen. De weersverwachting van vandaag heeft het over regen in de middag en vanavond misschien wel met onweer. Dus ik rijd nu meteen door naar Iliochori en stop niet voor andere zaken.

In het dorpje ga ik even op het terras zitten bij wat lokale Grieken. Ik bestel een Griekse koffie en vraag hoe zij denken over het weer. Ze verwachten dat het nog wel mee zal vallen de komende uren. En dus ga ik de kilometer lopen die leiden naar de watervallen. Eerst een klein beetje dalend het dorp uit, het laatste is een kerkje met een waterbron. Daarna is er een meter breed pad van stenen wat verder leidt naar de watervallen. En dat gaat toch in stukken stijl naar beneden! Kleine stapjes en voorzichtig dat je niet uitglijdt over het steengruis.

Soms in de schaduw en soms in de volle zon, daal ik langs het pad af. Ik kom een Griekse vader en zoon tegen die de watervallen heel even hebben bezocht en nu - bij de klim terug naar boven - staan uit te puffen. Er staat mij dus straks nog wat te wachten, maar de watervallen zijn beslist een bezoek waard. Dat verzekeren ze mij in ieder geval. En ik geloof dat wel want ik heb het van meerdere gehoord.

Het pad is soms door een landverschuiving enigszins moeilijk begaanbaar geworden maar zelfs mij lukt het er goed langs te komen. En dan is de 1097 meter (staat op diverse borden hoever je van de watervallen af bent) geslecht en is het inderdaad een sprookje. Een waterval van circa 20 meter komt uit in een meertje van ongeveer 10 meter doorsnee voordat het verder gaat in nog wat kleinere watervalletjes. Er is bij het grootste meertje een set bankjes gebouwd maar daarvoor moet je wel het stroompje oversteken. Er ligt een grote stok die ik gebruik om over de stenen te komen.

Daar zit ik een tijdje uit te puffen en ga dan met mijn voeten in het koele bergwater zitten. Dat koelt lekker af. Het is verder doodstil en ik ben de enige bij de waterval. Heel even komen er twee manlijke motorrijders naar de waterval kijken. Hoe ik weet dat ze motorrijders zijn? Doordat ze hun helm op de arm dragen. Ze maken even wat foto's en zijn daarna weer snel vertrokken. Ondertussen kijk ik soms tussen de bomen omhoog en zie wel wat donkere wolken langskomen. Maar het is niet voldoende voor regen en de zon komt vaker langs dan de donkere wolken. En dus besluit ik mij verder uit te kleden en even te gaan zwemmen. Dat even zal uiteindelijk een kleine duik zijn en een snelle terugkeer naar de waterkant. Wat is het water koud!

Ik laat mij op de kant opdrogen en schep wat water uit het meertje om ervan te drinken. Ik was vergeten een flesje mee te nemen, maar zo gaat het ook. Ik kleed mij weer aan en bereid mij geestelijk voor op te terugweg. Maar die is zwaarder dan ik gedacht had. Allemachtig, wat is het soms steil naar boven. Vele malen moet ik hijgend een pauze nemen en denk er hard over om Yiannis op te bellen om mij een ezel te sturen. Het is wel bewolkt maar toch ziet de zon kans om mij te beschijnen net als ik de onbeschutte stukken op de route moet lopen. Maar uiteindelijk bereik ik het kerkje en val op de waterbron aan. Daarna zit een tijdje uit te puffen. Gelukkig staan er rond het kerkje een paar enorme bomen, dus ik heb schaduw. Daarna is het nog de laatste loodjes naar de auto.

Daar laat ik mij puffend invallen. Slobber in een keer een blikje Red Bull achterover terwijl ik de airco op vol zet. Dan verlaat ik het plaatsje en rijd terug naar Ano Pedina. Maar de dieseltank denkt daar heel anders over, want die wil dringend gevuld worden. Ik besluit te gaan voor de goedkope pomp bij Ioannina. Voor die 10 tot 13 cent korting (de diesel kost bij de goedkoopste dan nog steeds 1,487 per liter) moet ik wel bijna 40 kilometer omrijden. Maar goed, voor de baas is het goedkoper.

Om 16:30 ben ik bij het hotel terug en krijg ik van Kimon eerst flink wat water en dan een biertje. Dat smaakt! Daarna ga ik toch even het bedje opzoeken. Ik blijk op een van mijn tenen op mijn linkervoet een schaafplekje te hebben. Dat is geschuurd tijdens het afdelen want dan loop je continue op je voorvoeten. Voor de rest heb ik enkel wat stramme benen, maar dat gaat ook wel over.

Twee uur later hijs ik dat goddelijke - maar stramme - lichaam uit bed en schuif mijn slippers aan. Die geschaafde teen gaat net onder een van de bandjes door en ik ben meteen goed wakker. Dat is dus even oppassen bij het aanschieten van de slippers. Beneden bij de bar vertel ik mijn verhaal aan Rita en Yiannis. Rita kijkt mij toch wat bezorgd naar terwijl Yiannis in lachen uitbarst en grapjes begint te maken. Ja, ik ben een echte bergwandelaar.

Met een frappee en mijn leesboek begint de avond en wordt vervolgd door een heerlijke maaltijd, een lekker toetje en een karafje tsipouro. Ook nu gaat iedereen weer bijtijds naar bed en ik sluit er toch wel snel bij aan. Het is 23:30 als ik mijn luiken sluit.


Vorige dagVolgende dag

De vakantiedagen van 2012 op een rijtje