GrasSoft > Reisverslagen > Rondreis 2004 > 1-14 juni 2004

Reisverslag  1 t/m 14 Juni 2004


Dag 00 - Maandag 31 Mei 2004

Vandaag is een echte inpakdag. Gelukkig maar, want het regent pijpenstelen en dus is er buiten toch niets te doen. Veel spullen zijn al in de voorgaande dagen klaar gelegd maar ik kon nog niets in de auto leggen. Die had ik gisteren namelijk nog hard nodig om tuinstoelen te vervoeren. Het afscheid van de familie is gisteren uitgevoerd in de vorm van een barbecue bij Berry. Daar waren Bob en Lisa al sinds vrijdagmiddag aan het logeren en zondags zouden de ouders hen weer op komen halen. Mooie gelegenheid om meteen iedereen te zien en afscheid te nemen. De barbecue hebben we nog droog kunnen houden doordat we bijtijds begonnen en we net voor de regen (21:00) allemaal weer thuis waren.

Dus deze dag werd doorgebracht met het inpakken van de laatste spullen. De computers in gereedheid brengen voor twee maanden stilstand en wachten tot het wat droger werd. In de loop van de middag kreeg ik die kans en meteen werden de spullen de wagen in geladen. Voor diegene die het nieuws nog niet hebben gehoord, de Audi is niet meer. Geen kans meer op een muis die je airco onklaar maakt. Mijn baas is namelijk overstag gegaan naar een merk wat jaren lang maar een reactie bij hem opwekte ("Opel? Dat lijkt op 'opil' en dat is Indonesisch voor 'stukje uit je neus'"). Het is dus nu wel een Opel geworden en wel de gezellige familie variant, de Meriva (buurman: "Een gezinsauto? Nu nog een gezin!"). Vergelijken met de Audi heeft geen zin - voor een nieuwe Audi heb je twee Meriva's - dus die vlieger gaat niet op. "Het blijft wennen", laat ik het daar maar bij laten. Een voordeel is wel dat er (gelukkig) wel een airco op zit en dat ik over bergruimte niet mag klagen, Ik hoop dat hij terug de Alpen over komt¿

Maar terugkomend op dat inpakken, alle spullen verdwenen prachtig in de auto. Geleerd van vorig jaar wist ik nu wel hoe ik bepaalde zaken in moest pakken en ervoor zorgend dat je de meest noodzakelijke spullen meteen voor het grijpen hebt. Zodoende is de auto in een mum van tijd geladen en kan ik beginnen aan mijn afscheidsmail. Ondertussen zorgt moeders voor een warme hap en vaders voor mijn geestelijke gesteldheid ("als ik wat moet doen dan hoor ik het wel"). Je ziet het, mijn "personeel" leeft duidelijk met mij mee.

In het begin van de avond komen de buurtjes voor een kopje koffie en ik krijg tussen neus en lippen door meteen een bestelling mee (gyros kruiden voor hun dochter). Maar ze staan ook altijd klaar voor mij, dus dat is geen enkel bezwaar.

Om 22:15 is het dan echt de hoogste tijd om - voor de laatste keer - mijn bed op te zoeken. Al snel sluit ik mijn luiken en droom van een mooie vakantie in Griekenland¿
 

Dag 01 - Dinsdag 01 Juni 2004

04:50 De wekker zorgt ervoor dat ik mijn luiken open. Dat was een korte nacht! Maar ja, je moet er wat voor over hebben om bijtijds te kunnen vertrekken. Een douche, brood smeren voor onderweg en de tas met belangrijke documenten voor de laatste keer controleren. Ja, ik heb alles en ben klaar voor vertrek. Berry komt mij ook uitzwaaien en gaat daarna maar meteen door naar zijn werk.

06:00 Strak op schema start ik de 1.6 liter benzinemotor en kijk ik op de tellers. Het is een frisse 10 graden buiten, de dagteller geeft 82,2km aan en de kilometerteller staat nog op een maagdelijke 7392 kilometer. Dat zal na deze reis wel wat anders zijn! Ik word uitgezwaaid door Pa, Ma en Berry en na een rechterbocht zijn ze uit het zicht verdwenen. We zullen vaak aan elkaar denken, maar elkaar zien zal nog wel even duren.

De rit gaat via A28, A50 en A12 naar de Duitse grens. In

Dag 06 - Zondag 06 Juni 2004

08:30 Word ik wakker met een droge keel en een kriebelhoest. Het weer werkt zeker niet mee, want het is volledig - en donker - bewolkt. Als ik net op mijn balkon het brood met koffie zit weg te spoelen, begint het overal te spoelen. Dikke druppels komen in grote getale naar beneden zetten en al spoedig loopt er een fikse stroom water door de straat richting zee (voor niet-natuurkundige: de weg loopt af richting zee want anders had het de andere kant op gespoeld). Ik hou het buiten niet droog en verhuis met leesboek naar binnen. Qua gezondheid vind ik het niet leuk, maar qua lezen komt het niet slecht uit. Ik ben met de laatste hoofdstukken bezig en wil het nu wel uit lezen.

Die kans krijg ik ook en daarna begin ik aan het verslag op de laptop. Het is dan al 10:30 als een natte - en vanwege de regen een chagrijnige - Apostoli zich komt melden. We drinken in de receptie een frappee en als het droog is geworden rijdt hij naar moeders voor een broodje. Het klaart nu goed op en de zon komt volop te voorschijn. Ik ga er meteen even goed voor zitten en de warmte doet mij zeker geen kwaad. Wat heb ik dat gevoel gemist! Ik word er weer wat vrolijker door. De tijd vliegt voorbij en 's middags vraagt Toli of ik hem wil helpen bij een klusje. Er moet een wasmachine van de zolder bij zijn ouders naar een collegaatje van Emma gebracht worden. Het is dan al drukkend warm geworden vanwege al het verdampende vocht. Gelukkig voor mij is ook de broer van Toli aanwezig en die twee sjouwen twee wasmachines van zolder naar beneden (een voor het groot vuil, want die is kapot). Er staan er op zolder nog een viertal te draaien en zodoende kom ik te weten dat ze de was van de appartementen in eigen beheer wassen. Ik hoef enkel een achterplaat en een deurtje van de wasmachine naar beneden te sjouwen. Ze worden op de kippenwagen (een oude Toyota pickup) geladen en Toli en ik rijden achter de hostess (Marit) aan.

Vlakbij het appartement Yota waar ik mijn eerste Parga bezoek heb beleefd zit zij met nog twee andere meiden in een huis. Het lijkt wel een studentenflat. Wij laden de wasmachine uit, installeren het ding (waarbij we eerst enige lekkage hebben) en testen hem daarna door er wat oude handdoeken mee te wassen. Het lijkt goed te gaan en wij vertrekken weer. De andere wasmachine is dan al bij een container langs de weg gedumpt. We pakken onze scooters en gaan wat relaxen bij een strandbar aan het Valtos strand. We schuiven bij wat Grieken aan en Toli begint rap Grieks te ratelen. Af en toe betrekt hij mij in het gesprek, maar de rest van de tijd zit ik lekker mensen te bekijken. Dan wordt hij gebeld door zijn vader vanwege een scooterverhuur en hij vliegt weg. Ik stap op mijn scooter en rij nog wat in de rondte (volta zoals de Grieken dat noemen). Ik eindig bij de bar van Sakis en ga daar in de zon van een Mythos zitten genieten. Een tweede wordt vergezeld van een tosti en ik zoek dan toch wat de schaduw op. De zon brandt goed en ik heb geen smeermiddel bij mij. Met mijn huid blijft dat wat oppassen en dus verkas ik naar de bar. Daar zit ik wat met Dimitri en Sakis te praten en krijg van moeder Anna een mooie kaart van Parga en omgeving. Daarop staan ook de dorpjes die zij gisteren noemde. Om 18:30 vertrek ik huiswaarts en doe onderweg nog wat inkopen (fris en kaas).

Thuis aangekomen ga ik werken aan het verslag en terwijl ik dit intik is het 20:08 geworden. Zo even een slaapje doen, want de verkoudheid is nog niet vertrokken uit mijn systeem. Daarna zal ik deze tekst online zetten en bij Sakis neerstrijken voor een Griekse maaltijd.

Wordt vervolgd¿

¿ beloofd is beloofd, dus ik vervolg dan ook hier netjes mijn verhaal. De tekst ging keurig het internet op (dankzij het mobiele telefonie en Vodafone Griekenland). En ook de rit - we hebben het over ca 400 meter - naar Sakis verliep zonder problemen. Ik heb daar een tiropitakia (feta in bladerdeeg) en een varkensschnitzel (anders dan die bij v/d Valk) zitten eten en daarna binnen nog wat zitten na tafelen met wat ouzo. Om 01:30 sloot Sakis de taverna en ging iedereen huiswaarts. Ik heb nog wat TV liggen kijken zodat het pas 02:30 was toen de luiken werden gesloten.
 

Dag 07 - Maandag 07 Juni 2004

08:30 De wekker haalt mij uit een diepe slaap. Afgelopen nacht was de darmstreek nogal rommelig wat uiteindelijk leidde tot een sprint richting toilet. Nadat er behoorlijk veel papier in het emmertje was beland - verdere details zal ik jullie besparen - kon het bed weer opgezocht worden. Verkoudheid, drank en weinig slaap daarmee hoop ik duidelijk gemaakt te hebben dat er weinig goud in mijn mond was (jullie mogen het spreekwoord zelf uitvinden). Voorzichtig opstarten, dus ik sla de koffie over en neem wat vitaminen en een Liga.

Om 09:06 wordt de auto gestart en zie ik dat de zon goed schijnt, de temperatuur al 19°C is en dat de kilometerteller op 9069 staat. De rit naar Preveza verloopt goed en na een uur loop ik in de winkelstraat. Ik koop een mooie ringband kaart van heel Griekenland (handig voor in de auto en er staat veel extra info in), maar voor wat andere zaken kan ik niet slagen. Ik strijk neer op een zonovergoten terras en geniet van langslopende mensen en het uitzicht over de haven. Er zijn wel wat stapelwolken in de lucht maar geen van allen blokkeert een zonnestraal. Voorzichtig nip ik aan mijn frappee en laat mijn maag wennen aan de cafeïne. Het gaat goed en ik blader door de wegenatlas. Ik zit er een stuk tevreden te zijn, dat mag je echt wel geloven. Totdat een oude Griekse man mij maant om in de schaduw te gaan zitten. Het is te heet in de zon. Ik bedank hem vriendelijk voor de tip maar gehoorzaam niet. Ik reken af en ga nog wat rondlopen.

Het is 12:00 geweest als ik bij mijn auto aan kom. Volgens de vrouw van Sakis moet ik een aantal dorpjes op de terugweg naar Parga bezoeken. Een soort "weg van de snelweg" in Griekse stijl. Ik heb van haar een kaart gekregen en wat extra uitleg. Maar als ik die kant op kijk zie ik enkel donkere wolken en die beloven weinig goeds. Ik besluit er toch voor te gaan met als uitsluitingclausule dat er bij teveel schaduw (meer dan 6/8 bewolking) of regen meteen gekeerd mag worden. Dus rij ik na een tijdje van de "snelweg" af en rij door wat dorpjes die langs de kust liggen. Het is zeker geen straf. Er staan mooie huizen, het strand ziet er maagdelijk uit en de zee is echt brochure blauw. De wolken hangen meer tegen de bergen aan, dus de rit kan vervolgd worden.

In de badplaats Amoudia hou ik een pauze. Bij de taverna wordt een lichte middagmaal genuttigd en ik loop wat langs het strand (op de verharde looppaden). Het is stil op het strand. Er zijn welgeteld 5 mensen die het er uithouden. De temperatuur en zonneschijn zijn juist maar het is de wind die het verpest. Straf vanuit zee komt hij aanwaaien en zelfs met kleding aan vind ik het wel erg fris. Ik loop dus terug naar de auto en rij naar de volgende stop. Dat is Necromantio, een opgraving uit de oudheid en gelegen bovenop een heuvel. Nadat ik die beklommen heb - de auto moest beneden blijven - kom ik tot de ontdekking dat ik 45 minuten te laat ben. Het hek wordt gesloten om 15:00. Toch is de klim niet nutteloos geweest want het uitzicht is mooi en door het hek krijg ik toch een beeld van het geschiedkundige verleden.

Bij de auto aangekomen dreigen de darmen toch in protest te komen maar met wilskracht, jing en jang en overredingskracht worden ze tot bedaren gebracht. Ik red het tot aan huis waarna de darmen hun verzet opgeven en zich niet meer roeren. Tolis is druk in discussie met zijn broertje want die probeert een beveiligde audio-CD te kopiëren. Ook ik kan daar weinig aan veranderen en terwijl hij het - samen met een vriend - blijft proberen, gaan Tolis en ik wat drinken aan het Valtos strand. Hij neemt mij vanavond mee naar een ander restaurant in Parga. Emma moet werken, maar hij wil mij uiteten nemen als dank voor de laptop hulp.

Als we weer terugkomen bij het complex gaat hij grasmaaien terwijl ik in gesprek raak met een Nederlands koppel. Vooral de man praat er op los en vrouwlief vertrekt naar de kamer. Ook de hostess van Sudtours (Nathalie) is aanwezig en we staan over Thassos te praten. De man heeft nog wel de naam van een goed appartement, maar weet de plaats niet meer. Als zijn vrouw daarbij geholpen heeft, zal hij mij de info geven. Nathalie kan mij niet direct helpen want ze weet het telefoonnummer niet van haar collega op Thassos. Wel geeft ze aan dat een kamer boeken via het Sudtours kantoor best mogelijk is, mits plek en dat men er zeker van is dat niet iemand uit Nederland er nog tussen kan komen. Zij moet verder naar het volgende complex en ik ga naar mijn kamer.

Apostoli is zo druk met zijn zaken bezig dat de geplande etenstijd verstrijkt. Mij maakt het niet uit en zo schuiven we om 22:00 aan in een chique restaurant genaamd Castello. Zelfs de sigaren worden in een klimaat geregelde kast bewaard. Hij kent de eigenaar goed en vandaar dat hij hiervoor gekozen heeft. Tussen het voorgerecht en hoofdgerecht wordt hij nog even weggeroepen. Er was iets met een huurauto en appartementbewoners van Ionion Beach. Hij moest dat toch even regelen en floeps, weg was hij. Na een tien minuten is hij er weer en verschijnt het hoofdgerecht. Mij smaken de "Greek speciality" (kleine voorafjes) en de lamsfilet bijzonder goed.

We besluiten het nagerecht in drankvorm ergens anders te nuttigen en strijken bij een bar neer (Sugar, Sugar). Het blijkt van dezelfde eigenaar te zijn en die bezit nog wat appartementen en een winkel. Echter, niet voldoende voor de zes zoons die hij op deze aardbol heeft neergezet. Ze mogen nu alvast oefenen in het baas spelen, maar vaders heeft de touwtjes nog strak in handen. Als die weg valt - zo voorspelt Apostoli - dan komt het niet goed met de zaken en valt alles met ruzie uit elkaar. De drie zonen die ik heb ontmoet schitteren ook niet echt uit in intelligentie of een neus voor zakendoen. De ene doet bardienst in Castello en moet nog regelmatig verbeterd worden, dan loopt er een met zijn handen in zijn zakken een beetje de playboy uit te hangen en de derde probeert muziek aan elkaar te mixen in de bar.

Als we net onze tweede drankje (voor mij zijn dat Kamikaze's) op hebben gaat de telefoon van Apostoli. Er staan nieuwe gasten voor een gesloten deur. Iemand heeft de benedendeur in het slot gegooid. Al Grieks vloekend snellen wij naar de scooters en nemen de steile weg naar boven met veel lawaai en een blauwe walm. Nadat de bewoners naar binnen zijn geholpen komt hij weer wat tot rust en gaan we - met wat drank - voor het appartementencomplex op de volgende bus zitten wachten. Die komt al snel erna en daar komt een zenuwachtige Marit uit. Bij het complex van Tolis ouders zal niemand zijn en ze weet de nummers nog niet zo goed te vinden. Zodoende gaan we voor de bus uit en staan de groep (13 kamers) op te wachten. Gelukkig voor Marit komt er ook nog een andere Apollo hostess aanrijden en die helpt om de Scandinaviërs naar hun kamer te begeleidden. Als de rust is wedergekeerd komt de wasmachine ter sprake. Hij blijkt de eerste was keurig te hebben gedaan maar weigert een volgende was. En dus knetteren we naar de wasmachine waar blijkt dat de schakelaar die de deur beveiligt wat hulp in de vorm van tikken nodig heeft. Tolis zal er nog wel wat spray overheen spuiten, maar voor nu is het welletjes. Ik wens iedereen een kalinichta en rij terug naar de basis. Daar sluiten om 02:15 de luiken.
 

Dag 08 - Dinsdag 08 Juni 2004

Om 09:30 open mijn luiken zich automatisch. Ik heb een droge keel en een irritante hoest en raak daar na een kop koffie niet geheel vanaf. De zon schijnt en ik heb niets op de planning staan. Ik begin met wat zaken alvast in te pakken totdat Tolis mij komt halen voor de frappee. Ik besluit zijn ouders te bedanken voor alles en loop naar de bakker voor wat lekkers bij de koffie. Moeders heeft echter ook weer broodjes gebakken en zodoende hebben we genoeg om te eten.

Het is alweer middag geworden als ik besluit de oude weg naar Anthousa nog eens te rijden maar nu gewapend met een camera. Het is een heerlijke tocht en op mijn gemakje rij ik heen en weer. Aan het einde stop ik bij de bar van Sakis en les daar mijn dorst. Als ik terug rij naar de basis, gaat mijn gedachte uit naar water. Zoetwater om in te zwemmen. En dus pak ik een lesboek en handdoek en plof bij het zwembad neer. De zon is heet en het water heerlijk. Zo verstrijkt er weer anderhalf uur en is het tijd om naar het internetcafé te gaan. Ik wil de site controleren (dat is goed), mail lezen (dat lukt) en de voorspelling zien. Dat laatste ziet er voor de komende dagen uiterst zonnig uit en dat stemt mij hoopvol.

Als ik weer terug ben en wat spullen in de auto laad, komen er twee vrouwen langs die verdacht lang naar de nummerplaten lopen te kijken. Ik sta ze aan te kijken totdat een van hen een gesprek begint. Het blijken moeder en dochter te zijn en ik vertel over de route hierheen en wat mijn plannen zijn. De dochter vindt het maar knap dat ik zo alleen erop uit trek. Ik zie echter weinig van haar gezicht want ze heeft een flink spiegelende zonnebril op. Nadat we even hebben staan praten lopen ze verder naar Valtos Beach en ik ga terug naar mijn kamer. Apostoli moet nog uitleg hebben over het gebruik van een memorystick, maar hij is druk bezig met een timmerman bij de nieuwe appartementen. Net als ik onder de douche wil stappen, komt hij op de deur kloppen. Ik breek de poging af en help hem met de memorystick. Ik reken ook meteen met hem af en dat bedrag wordt verminderd met geld voor een memorystick. Als ik in Nederland weer terug ben, zal ik die aanschaffen en opsturen want hier zijn ze veel duurder. We nemen afscheid door elkaar te staan bedanken en met de belofte dat ik hem vanavond bel om te horen waar hij uithangt zodat we nog wat kunnen drinken.

Hierna lukt de douchepoging wel - dat jullie niet denken dat ik die vergeten zou zijn - en is het tijd voor een laatste maaltijd bij Sakis. Daar is het zo druk dat ik met wat ouzo binnen ga zitten. Als er plek is, bestel ik meteen een saganaki, choriatiki en een gyros schotel. Sakis loopt er al de hele avond van te plukken in de keuken, dus ik hoop dat er nog genoeg is. Dat blijkt wel zo te zijn en samen met een fles retsina smaakt alles weer uitstekend. Taxichauffeur Spiros is ook weer van de partij en na het eten bied ik hem een stoel aan. Hij komt bij mij zitten en we praten wat over mijn rit. Hij beweerd dat de rit naar Kozani - want dat is de plaats die ik heb uitgekozen - in 4 uur is te doen en dat ik dus zeker niet vroeg op hoeft. Ik doe er factor 1,5 overheen en reken uit dat ik inderdaad niet om 08:00 hoeft te vertrekken. Aangezien er nog een tweede fles restina verschijnt, is dat ook maar beter.

Er lopen twee dames voorbij waarvan de ene mij herkent en begint te roepen. Ik herken haar ook - het is de moeder waar ik vanmiddag mee heb staan praten - maar kijk vreemd naar de andere dame. Ik roep naar hun dat ze even moeten aanschuiven voor een drankje. Dan zie ik ook wie de andere dame is, het is de dochter maar nu zonder zonnebril. Dat is een zo ander gezicht - maar wel beter - dat ik haar niet herkende. We stellen ons nu aan elkaar voor. Moeder Dieneke en dochter Angenita (woonplaats en leeftijd bij de redactie bekend). Ze hebben in Parga gegeten en hebben al wat drank gehad en zijn nu toch wel blij even te kunnen zitten na die hele klim naar boven. Spiros doet aan het begin van het gesprek nog mee - dat gaat in het Engels - maar hij haakt af als we in het Nederlands overgaan. Onder het genot van een water voor Dieneke en een rode wijn voor Angenita komen ze weer wat tot rust en wisselen we nog wat informatie uit (je zou het ook praten kunnen noemen). Dan gaan ze toch aan het laatste stukje van de klim beginnen, want hun bedje roept nu toch wel erg hard. Bij het afscheid geef ik nog mijn internetadres en ik hoop dat ze dit dus ook lezen (Angenita heeft het beloofd). Met een lach en een ferme stap verdwijnen ze uit het zicht.

Ik blijf nog wat met Spiros kletsen en moet aan een ouder Engels echtpaar uitleggen hoe de tocht en oversteek naar Griekenland gaat. Ze zijn van plan om in september met de auto naar Parga te komen. Ik lever hun wat info (route, tolgelden, vertrektijden) en daar zijn ze zeer blij mee. Dan is het tijd voor mij om de rekening te vereffenen en afscheid te nemen. Ik stuur een SMS naar Apostoli en krijg als antwoord dat ze over 5 minuten naar huis gaan omdat er morgenochtend weer nieuwe gasten aankomen en zijn ouders weg zijn naar Athene. Hij komt dus - samen met Emma - op de scooter naar Sakis gereden en daar nemen we afscheid. Daarna neem ik ook afscheid van de familie Sakis en rij ik terug naar mijn kamer. Om 02:00 sluiten de luiken.
 

Dag 09 - Woensdag 09 Juni 2004

Nog voordat de wekker mij om 08:30 heeft kunnen wekken, lig ik om 07:30 al hoestend wakker. Ik soes nog een half uur en besluit dan toch de dag te beginnen. De spullen worden de auto in geladen en ik ontbijt met koffie en het laatste brood. Terwijl ik bij de auto sta komt de Nederlander met - zoals beloofd - de Thassos tip op schrift. Plaats en naam, dat moet goed gaan komen. Hij blijkt in de Olympia gids te staan en laat ik die nou bij mij hebben! Ik bedank hem en hij gaat boodschappen doen. Ik word door zijn vrouw uitgezwaaid als ik om 08:50 de motor start en 9244 kilometers op de teller heb. De zon begint zich al te roeren en het is dan een lekkere 21°C.

De rondreis gaat nu echt beginnen en ik voel toch wel gezonde spanning (en dat buiten een rauwe keel en een houten kop). De tank laat ik nog even afvullen en dan gaat het echt op weg. Eerst richting Preveza, Arta en dan de weg naar Ioannina (dat gaat sneller dan de kronkelweg via Igoumenitsa heb ik van Apostoli gehoord). Dat rijd lekker door, maar daarna begint het geslinger. Want je zult een paar bergen voorbij moeten, of je dat nu leuk vindt of niet. Daarmee zakt je snelheid dus wel flink omlaag, maar ik heb de tijd dus maak mij geen zorgen.

Het is een mooie route, die E-90 maar als vrachtwagenchauffeur zou ik er toch redelijk knetter van worden. Het is een ruige omgeving met af en toe dorpjes of zomaar een huis in het woud. Onderweg stop ik een paar keer om wat foto's te maken of om wat te eten en te drinken. Het is 14:30 als ik net Neapoli ben gepasseerd en stop voor wat benzine. Ik heb dan 323 kilometer afgelegd en sta met verbazing naar de literprijs te kijken. Loodvrij (Euro95) voor 70 eurocent!

Hierna gaat de rit verder en komt in een stroomversnelling want ik bereik de snelweg. Daar gaat het ineens met 120km/u richting Kozani en die plaats bereik ik dan ook binnen het half uur. Ik rij de stad binnen en zie meteen een hotel. Toch rij ik eerst door want ik wil zien hoe het centrum eruit ziet en of er misschien iets anders te krijgen is. Dat valt tegen. Het is een gewone stad met geen appartementen (ik heb ze niet gezien). Veel winkels en betaald parkeren (dat zie je niet snel in Griekenland). Het centrum ga ik niet in omdat daar veel verkeer is. Als ik aan het einde van Kozani keer wil ik terug naar dat hotel. Ik kom er echter niet - dankzij eenrichtingswegen - en verschijn parallel aan de snelweg. Dan maar terug naar de vorige oprit en opnieuw proberen. Dat lukt goed en om 16:05 stop ik bij het hotel.

Ze hebben nog plek en voor ¿47 krijg ik een kamer voor een nacht. Het blijkt een klasse B hotel en het ziet er goed uit (ze mogen zelfs ¿75 per nacht vragen zie ik op de officiële papieren). Ontbijt kost ¿8 meer en dat neem ik er ook bij. Ik krijg kamer 302 en die blijkt op de begane grond te zijn. Morgen trek ik verder, op zoek naar een andere (lees: leukere) plaats. Maar zoals gezegd, met de kamer is niets mis. De douche heeft zelfs een douchebak en de TV heeft zelfs MTV (Duitse versie en het geluid is beter dan het beeld). Ik ontspan en ga daarna aan het verslag werken. Het resultaat hebben jullie nu gelezen. Zo meteen ga ik naar een taverna (op minder dan een kilometer lopen) en daarna ga ik lekker slapen.

Wordt vervolgd¿

¿ Oh, oh, oh. Als je toch eens wist waar ik deze tekst getikt heb, dan zou je toch een partij jaloers worden! Nou, blijf gewoon lezen, lieve beeldschermlezertjes, dan kom je er vanzelf achter. We pakken het verhaal hier dus weer op¿

De taverna ligt aan dezelfde weg als het hotel, maar dan ongeveer 400 meter verder. Op deze weg mag je maar 50km/u rijden, maar dat doet niemand. Zelfs deze toerist word door de rondknallende Grieken opgedrukt tot 70km/u. Hij is bochtig en heeft slechte verlichting en wat het meest belangrijk is voor de uitslag van mijn dilemma: er is geen voetpad! Ik dacht de tocht naar de taverna wel even lopend te doen, maar ben niet verder gekomen dan de afslag naar het hotel. De vouwen vlogen uit mijn broek en ik ben dus omgedraaid en heb de auto gepakt. Dan maar geen alcohol bij het eten, maar ik wil deze rondreis wel levend volbrengen. Met de auto ben je er dus zo en ik kom bij de taverna tot de ontdekking dat er buiten niemand zit en dat het ook wel fris is (de zon is weg en de wind waait goed). Binnen aangekomen kijkt een echtpaar verschrikt op van het TV kijken. Hé een gast! Want er is binnen ook niemand! Dus is mijn eerste vraag aan de man die verschijnt of het mogelijk is om een hap te eten. Hij knikt bevestigend en ik mag kiezen uit ongeveer 100 stoelen. Als eerste gaat hij het gezellig maken door een CD op te zetten. De TV moet zachter waarbij ik duidelijk probeer te maken dat het wat mij betreft niet hoeft. Maar het is nu een stuk gezelliger met een rustig achtergrondmuziekje bij een TV geluid. Het lijken twee zoons te zijn van het echtpaar wat de handel runt. De ene in de bediening en de andere in de keuken. Ik kies voor een feta uit de oven, een choriatiki en een souvlaki kip. Tussen wat hoestbuien door zit ik te eten en TV te kijken.

Farma Dio (Boerderij II) is op TV en ik zit te genieten van de beelden en af en toe krijg ik wat mee want een van de deelnemers spreekt Grieks en Engels door elkaar heen. Het concept lijkt wat op dat van Big Brother, maar hier speelt het zich af op een boerderij "in the middle of nowhere", zonder water en elektra. Wel een stroompje waar ze water uit kunnen halen en kunnen wassen. Wat precies de eindbeloning is weet ik niet, maar het is gewoon leuk om naar te kijken hoe mensen zich zonder alle hedendaagse gemakken moeten redden. Vorig jaar was het met bekende Grieken, dit jaar met 3 mannen en 3 vrouwen tussen de 25 en 35. Een van de vrouwen is een negerin die soms Engels spreekt (wordt Grieks ondertiteld). Dankzij haar kom ik steeds wat meer te weten over het programma. Ze krijgen opdrachten die met het dagelijkse boerenleven te maken hebben of die verzonnen zijn (wedstrijd met ezels). Ik blijf er niet voor thuis, maar als ik toch even TV kijk, dan is het vaak naar dat programa. En nu zit dat echtpaar ernaar te kijken en kan ik mooi meekijken.

Het eten is echt goedkoop. Samen met twee cola en een grote fles water - voor komende nacht - ben ik ¿12,90 kwijt! Net als ik wil afrekenen komt er een groep van 3 personen binnen, dus de kok hoeft het vuur nog niet uit te doen. Ik rij weer naar huis. Het keren op deze weg is een avontuur op zich maar word bekwaam voltooid (ahum). Daar wens ik de receptioniste een kalinichta en ga naar mijn kamer. De fles water verdwijnt in het koelkastje en om 23:15 sluit ik de luiken.
 

Dag 10 - Donderdag 10 Juni 2004

Ik word midden in de nacht wakker en krijg een enorme hoestbui. De tranen in mijn ogen, de keel rauw en lendenen - ze moeten daar ergens zitten - die spierpijn hebben van de kracht waarmee gehoest word. Het is 02:00 en ik ben klaarwakker. Het koude water brengt wel verkoeling maar geen rust. En de Fischerman's Friend die normaal gelijk rust brengen hebben dit keer veel meer tijd nodig om de klus te klaren. Rechtop zittend en lezend probeer ik alles weer tot rust te laten komen. Dat duurt een goed uur en dan probeer ik mijn luiken weer te sluiten.

Om 07:40 word ik weer wakker maar gelukkig niet van een knetterende hoestbui. Wel begint de keel meteen te kriebelen en kuch ik "vrolijk" verder. De wekker stond op 08:30 maar die kan dus uitgezet worden. Ik ruim te spullen op en open de ramen. Het is wat bewolkt maar toch komt de zon er doorheen. De vogels fluiten en dus is de nieuwe dag begonnen. Na een douche voel ik mij ook weer wat beter dan een vaatdoek en ga ik richting ontbijt. Dat is het extra geld wel waard want het is - voor Griekse begrippen zeker - overvloedig. Diverse soorten beleg, brood, koffie, jus en een gekookt ei. Ik kies een tafeltje in het zonlicht en geniet van dit ontbijt.

Daarna gaan alle spullen weer richting auto, reken ik af (de frappee van gisteren is gratis) en krijg ik mijn paspoort terug. Altijd belangrijk om dat vooral niet te vergeten want dat zou betekenen dat je een heel eind terug moet rijden. Het is 09:15 en de tellers geven 9670km en 20,5°C aan. Ik rij richting snelweg en besluit richting Kastoria te rijden - dat ligt aan een groot zoetwatermeer - en dan door naar Edessa te gaan. Daar wil ik dan weer een slaapplaats vinden. Zo gedacht, zo gepland luidt een bekend spreekwoord uit de Kozaanse overlevering (ik verzin zomaar wat) en ik rij de snelweg op in de richting van Grevenna (waaruit ik ook gekomen ben).

De rit naar Kastoria is geen lange (ca 66 kilometer) en het gaat zelden echt zigzaggend. Dus bereik ik om 10:15 het plaatsje en rij er eerst wat in rond. Het ligt als een schiereiland in een groot zoetwatermeer en ziet er gezellig uit. Ik rij wat rond totdat ik de keuze heb uit een eenrichtingsweg of het ziekenhuis. Ik kies voor die laatste maar puur om daar te kunnen keren (ik hoop er echt uit weg te blijven). Het plaatsje spreekt mij wel aan en ik besluit de plannen te wijzigen en hier een kamer te zoeken. Ik rij terug en parkeer de auto bij een bar waar ook een bord staat met "Domatia" (kamers). Het is betaald parkeren en voor ¿0,60 mag ik 1,5 uur de auto laten staan. Ik bestel een frappee en geniet van het uitzicht en de bedrijvigheid. Als ik aan de serveerster informatie vraag over kamers wordt ik meegenomen naar een man. Die spreekt prima Engels. Hij vertelt dat de kamer nog schoongemaakt moet worden en geeft als prijs ¿45 op. Ik vertel dat ik toch wat rond wil lopen en zeg hem toe dat ik over een uur terug zal komen.

Ik loop langs de kade richting centrum en begin uit te kijken naar een apotheek. De hoest begin ik nu echt zat te worden en het word tijd om moeder natuur even een handje te helpen in de vorm van fikse chemicaliën. Ik vind er al snel een en word geholpen door een prima Engels sprekende man. Ik zoek een hoestdrank die geen bijwerkingen heeft waardoor autorijden een probleem kan worden. Voor ¿8,60 krijg ik een fles siroop en een zakje honing/vitamine-C tabletten mee. Ik loop door en ga in de schaduw mijn eerste shot toedienen. Daarna loop ik door en kom langs een Aldi. Ze hebben weinig speciale spullen die ik kan gebruiken en dus loop ik via een andere weg weer naar het centrum. Ik zie weinig toeristen en heb enkel een keer wat Frans gehoord. Maar het plaatsje bevalt mij wel en de bevolking kijkt je vriendelijk en nieuwsgierig aan (ik schijn er toch minder Grieks uit te zien).

Teruggekomen bij bar/appartementen Idiston roept de serveerster - die mij herkent - meteen de baas erbij. Hij begint meteen te vertellen over Kastoria. Ondertussen neemt hij mij mee naar boven en laat mij de kamer zien. De deur gaat open, maar mijn mond nog verder. Dit is een compleet appartement! Slaapkamer met twee bedden, een badkamer met badkuip waarin je kan douchen, open keuken en een aardige woonkamer. Het is echter wat aan de oudere kant qua inrichting maar zeker nog in goede staat! Normaal is het voor twee personen ¿60 maar voor mij alleen rekent hij ¿45 per nacht. Zeker geen slechte prijs voor zoveel ruimte. Het laatste hotel was twee euro duurder en de helft qua oppervlakte. Hij stelt zich voor als Dimitris (mannennamen eindigend op een "s" hebben een "stille S", dus je zegt Dimitri, Apostoli of Yianni). Ik stel mij voor als Yiannis en hij kijkt verbaast op. Ik vertel dat mijn naam eigenlijk John is en hij vertelt dat Dimitris en Jim een combinatie zijn. Hij heeft jarenlang in Canada gewoond, dus zal het wel weten. Ik besluit de kamer te nemen en hij laat mij alleen achter om van de verbazing te bekomen. Al snel kom ik tot een besluit, hier ga ik langer dan een nacht verblijven. Als ik wat spullen uitgepakt heb, loop ik naar beneden en bestel een versgeperste sinaasappelsap. Een overdosis vitamine C zal ik zeker kunnen gebruiken. Mijn ogen beginnen zwaar te worden en daar is maar een goede oplossing voor, een siësta. Dus stap ik om 15:30 een lekker schoon bed in en val al snel in slaap.

De wekker helpt mij om 19:00 uit de droom en ik loop naar beneden toe. Als ik aan mijn frappee nip komt Dimitris naar mij toe met folder materiaal en een fotoboek over Kastoria. Wat kan die man vertellen! Als ik die informatie allemaal zou opschrijven hebben jullie echt een dagtaak om dit verslag gelezen te krijgen. In het kort: Kastoria is oud en heeft veel te zien. Bijna iedere winter ligt er sneeuw en soms bevriest het meer. Maar zelden komt het onder de -5°C. Er is hier ook veel pelsindustrie. Uit het westen is de klandizie enorm afgezakt (nu nog maar 2500 mensen werkzaam met pelsen, vroeger tot ca 40000!), maar uit Rusland is er nog veel vraag. Vandaar dat uithangborden ook vaak een Russische tekst erbij hebben staan (dat was mij al opgevallen).

Zoals reeds genoemd heeft hij een aantal jaren (11) in Canada doorgebracht. Toch begonnen zijn roots steeds meer aan hem te trekken en hij maakt dat duidelijk met het volgende verhaal: Een Afrikaan is aan het vissen vanaf een boot met een speer totdat er een Amerikaan langs komt. Die Amerikaan kijkt ernaar vanaf de kade.
'Je zou een net moeten gebruiken!' roept de Amerikaan tegen die Afrikaan.
'Waarom zou ik dat doen?' vraagt die Afrikaan.
'Omdat je dan meer vis vangt' zegt de Amerikaan.
'En waarom zou ik dat willen?' vraagt de Afrikaan.
'Omdat je dan meer geld hebt'
'En waarom zou ik dat willen?'
'Zodat je een grotere boot kan kopen, nog meer vis vangt en uiteindelijk een mooie fabriek er bij kunt kopen'
'En waarom zou ik dat willen?'
'Nou, dan kun je uiteindelijk zoveel geld verdienen dat je anderen het werk kunt laten doen en zelf lekker voor de lol kan gaan vissen.'
'En dus waarom zou ik dat alles doen om iets te bereiken wat ik nu ook al heb?' vraagt de Afrikaan en gaat lekker in het zonnetje door met waar hij mee bezig was.

Ik vertel hem waar ik mee bezig ben en hij geeft aan jaloers op mij te zijn. Ik vertel hem ook dat ik graag 3 nachten zou willen blijven en hij geeft aan dat dit mogelijk is. Ook beloofd hij mij dat ik morgenochtend een route krijg met een aantal stops die zeker de moeite van het bezoek waard zijn. Ondertussen zit ik te bladeren in een mooi fotoboek waarin het leven in Kastoria in al zijn facetten naar voren komt. Er komt een man langs die aan Dimitris vertelt dat er op het grote plein een muziekuitvoering gegeven gaat worden. Hij vertaalt dat voor mij en ik besluit er een kijkje te gaan nemen. Het is toch nog te vroeg voor wat eten en ik wil vandaag ook niet uitgebreid eten. Het is een mooie avond maar die dreigt verpest te worden door een wolkengroep waaruit het zelfs even begint te spetteren! Gelukkig drijft de handel snel over en ik loop naar het plein toe. Eigenlijk is het een groot grasveld met in het midden een soort amfitheater in ieni-mini stijl. Daar aangekomen merk ik dat ze nog met de voorbereidingen bezig zijn en dat de wind het toch wel fris maakt. Ik loop dus terug naar mijn auto en pak er mijn jas uit.

Op de weg terug naar het "plein" stop ik bij een kiosk voor wat frisdrank. Dat kost 1 euro en ik probeer zoveel mogelijk met Griekse woorden de bijbehorende conversatie te voltooien. Toch vraagt de verkoper waar ik vandaan kom en met "Ollandia" is die vraag netjes beantwoord. Hij geeft mij een compliment over mijn Grieks en wenst mij een prettige avond. Nadat ik hem hetzelfde heb gewenst loop ik weg en hoor ik hem vanuit het hokje nog roepen "Amsterdam, Rotterdam, ¿". Geweldig toch dat je hier zo snel contact hebt met mensen. In Nederland graaien ze je het geld uit je handen en daarmee mag je het doen. Met mijn jas aan en een fles fris in de hand is het goed uit te houden en tussen alle Grieken staat deze jongen stil te genieten van een mooie avond. De schemering zet snel in en ik zie nog een enorme pelikaan rond cirkelen alvorens hij voor een slaapplaats boven de stad verdwijnt. Het mannenkoor zingt ondertussen liederen waarvan ik niets versta maar wel kippenvel op mijn armen krijg. Jawel, ik ben een bevoorrecht persoon en dat besef dringt donders hard door. Dit pakt niemand meer van mij af¿

Om 22:15 vind mijn maag dat zijn beurt gekomen is en ik slenter langs wat eettentjes. Ik kies er een uit en neem een pita gyros, wat patat en een cola (menu 3). Als ik dat heb opgegeten ga ik terug naar het "plein". Het vrouwenkoor staat nu in het midden opgesteld. Helaas loop ik alweer heel snel weg. Ook een idols jury zou hier binnen 10 seconden gehakt van gemaakt hebben. De dames zitten met hun schelle stemmen al iets buiten de toon (dat hoor ik zelfs en ik ben niet muzikaal begaafd), maar de solist spant wel helemaal de kroon. Toch vinden de Grieken het wel mooi want er zitten er nog genoeg en er wordt zelfs meegeklapt. Of het is allemaal familie en die mogen niet vluchten, de stakkers. Maar goed, ik loop dus terug naar Idiston en in de bar is het rustig. Ik beschouw dit als een teken en vertrek dan ook naar mijn kamer. Ik ben net op tijd voor "Farma Dio" (begon vanwege Idols nu om 22:45) en lig ontspannen op de slaapbank - dat is het derde bed - ernaar te kijken.

Na nog wat nieuws is het dan alweer 0:00 geworden en sluit ik de luiken. Mijn eigen luiken denken daar heel anders over want die hebben nog geen slaap. Dankzij de siësta van vanmiddag ben ik nog klaarwakker. Wel krijg ik een fikse hoestaanval die een tegenaanval op de siroop lijkt te beginnen. Al lezend probeer ik tot rust te komen en het moet even na 03:00 zijn geweest - want dat tijdstip heb ik nog gezien - als mijn luiken zich eindelijk overgeven aan de Griekse god van de slaap, Hypnos.
 

Dag 11 - Vrijdag 11 Juni 2004

08:15 word ik wakker. De bouwvakkers verderop zijn al even bezig maar bezorgen mij geen overlast. Dat was mij trouwens door Dimitris wel al verteld. Van 07:30 tot 14:30 zijn er verderop bouwvakkers bezig die wel wat lawaai kunnen maken. Ik begin de ochtend met een ontbijt zonder koffie. Het fornuis is zo oud dat ik die spiralen elementen niet vertrouw. Het zal daarom ook wel niet aangesloten zijn. Dus haal ik beneden in de bar mijn cafeïne behoefte op en krijg ik van Dimitris de benodigde informatie over de rondreis Kastoria.

Om 09:57 stap ik in de auto en zie 9761km en 18,5°C op de tellers staan. Het beloofd een warme dag te worden want ik zie zo goed als geen wolken in de lucht. De eerste stop is niet veel verder langs de boulevard die het schiereiland omringt. Het is een origineel Kastoriaans huis wat als "levend" museum is ingericht. Er komt een oud mannetje op mij afgelopen die vraagt welke taal ik versta. Ik geef aan dat zowel Engels als Duits prima lukken. Hij begint meteen de rondleiding en begint te vertellen over het huis en de spullen die ik zie. Het gebeurt in een mengeling van Duits, Engels, Italiaans en Grieks. Mij maakt het niet uit, want zijn uiteenzetting komt over en dat is het voornaamste. Het beneden gedeelte wordt gebruikt als opslag (soort kelder) en om de dieren in onder te brengen. Het bovenste gedeelte is het woongedeelte. Het is niet hoog en dat geldt zeker voor de deurtjes. Ik kruip achter de oude man aan (Pa, jij had iedere deur wel met je hoofd te pakken gehad) en krijg alles te zien. Van badkamer (met een kleine houten badkuip), via de slaapkamers tot aan de praalkamer met speciale stoel voor de eventueel bezoekende geestelijke. Afgezien van de lage deurtjes - waaraan de oude man zich een keer enorm stootte omdat hij zich omdraaide om wat tegen mij te zeggen - is alles ruim opgezet. Maar dan moet je wel bedenken dat het een rijke familie was want ze zaten in de pels industrie. Ook woonde de gehele familie, van grootouders tot kleinkinderen, in dat huis. Het is indrukwekkend en triest tegelijkertijd. Want in 1941 is een deel van het rijk versierde plafond en een groot deel van de glas-in-lood ramen vernietigd toen er vlakbij een bom ontplofte. Ik betaal hierna de €1,00 entree geld en koop ook nog hetzelfde fotoboek wat ik bij Dimitris heb zitten doorbladeren. Het is geen goedkoop boek maar als ik daardoor ook aan de instandhouding van dit huis bijdraag dan is dat voor mij ruim voldoende. Ondertussen komen er nieuwe gasten binnen en krijg ik de gelegenheid om nog wat plaatjes te schieten. Ik schrijf ook nog wat in het gastenboek. Hierna neem ik afscheid van de oude man die mij een goede reis wenst en ga ik terug naar de auto.

De volgende stop is aan de andere kant van het schiereiland bij een soort klooster. Het blijken drie kapelletjes te zijn die bekend zijn vanwege de mooie iconen en wandschilderingen. Ik word opgewacht door een grote monnik met dito baard die mij naar mijn herkomst vraagt. Ook hij begint hierna met het bekende rijtje, "Amsterdam, Rotterdam, Utrecht" maar houdt dan niet op. Hij blijkt er veel meer te kennen maar het wordt niet duidelijk of hij goed in topologie is of dat hij in Nederland geweest is. Ik mag in de kapelletjes gaan kijken - ik heb een lange broek en T-shirt aan - en sta in de eerste kapel meteen perplex. De iconen zijn prachtig maar de muurschilderingen zijn ernstig beschadigd. De Turken hebben alle ogen uit de muur gekrabd of gehakt. Dat had ik al van Dimitris gehoord - ze dachten dat ze daarmee de ziel uit de personen konden halen - maar als je het ziet is het toch wel een treurig gezicht. De tweede kapel is duidelijk de uitstalling van goud en zilver want daar hangt voor een vermogen aan plafond en wanden. Het is dus ook duidelijk waarom er overal bewakingssensoren hangen. De derde kapel is de minste en die ben ik weer snel uit. Dan roept de monnik mij naar het winkeltje. Ik mag gewoon even "koeken". IK koop een klein boekje met tips hoe je als goed Orthodox moet leven (wel geinig) en verlaat het klooster.

De derde (en ook vierde) stop brengt mij naar de top van het schiereiland. Je hebt er een speelweide en pauwen die in een grote vliegkooi zitten. En je hebt er een schitterend uitzicht over het meer en Kastoria. Je kunt ook lopen naar de echte top maar daar is het mij al te heet voor geworden en ik voel mij nog steeds niet superfit.

Daarna gaat de rit naar beneden en richting de buitenkant van het meer. Daar zijn paalwoningen gevonden en die zijn nu herbouwd met een opgraving erbij. Dat is stop 5 en die heb ik van de buitenkant even vluchtig bekeken. Een paar scherven zeggen mij weinig en ik begreep dat ze de herbouwde paalwoningen gewoon met spijkers in elkaar hadden gezet. Hij noemde het voorbeeld aan de Bodensee (hij zei tussen Duitsland en Oostenrijk) waar de woningen wel op de oude wijze in elkaar waren gezet.

De laatste stop betrof een hotel (Castor Hotel aan het begin van Kastoria). In de kelder staat daar een expositie van een man die oude Kastoriaanse woningen in model heeft nagebouwd. Maar dan ook steentje voor steentje en ook de bijbehorende houten balken en glas-in-lood ramen. Schaal 1:33 of 1:25. Indrukwekkend! De kelder wordt op verzoek door iemand van de receptie geopend en van licht voorzien. Het kost niets en levert van mijn kant enkel verbazing op. Ook de paalwoningen en het schiereiland zijn op schaal nagebouwd. Er staat daar een heel levenswerk van een man en dus heb ik iets geschreven in zijn gastenboek (en dat hebben al vele voor mij gedaan).

Om 12:15 ben ik weer thuis en ga naar mijn kamer. De rest van de middag wordt al lezend en backups van mijn foto's makend doorgebracht.

De rest zul je pas later lezen want ik ben het nu (ik schrijf 12-06 20:04) zat en wil aan mijn avond beginnen. Er is echter nog zoveel te (be-)schrijven, maar dat komt later. Morgen ga ik aan de volgende etappe beginnen, waar die eindigt weet nog niemand.

Het is alweer 18:15 als ik naar buiten treedt en ik ga langs de waterkant zitten met een biertje. Als de zon achter de berg is verdwenen sta ik op en loop wat langs de boulevard. Het is een wat drukkende avond maar dat mag de pret niet drukken. In een boom die in het water is gevallen zie ik een slang hangen. Gisteren stonden er ook al jongens naar te kijken en te wijzen en nu zie ik hem weer op dat plekje - boven water - in de zon hangen. Van Dimitris begreep ik dat het een zoetwaterslang is die niet giftig is. Gelukkig maar, want dan zou ik toch voorzichtiger langs de waterrand lopen. Ik ga door richting centrum en op zoek naar een taverna kom ik die weinig tegen. Het zijn meer fast-food zaakjes die in het centrum zitten. Toch zit er een vlakbij het appartement maar toen ik er voor de eerste keer langs liep leek het of het een café was. Er zat niemand te eten, enkel mannen die wat zaten te drinken. Toen ik er voor de tweede keer langs liep leek de zaak wel verbouwd. Er zaten al enkele gezinnen te eten en - nadat ik aan een tafel was gaan zitten - werden er dat steeds meer. Ik kreeg de Engelse menukaart en koos voor de saganaki van harde kaas, een tomaten/komkommer salade en een soutzoukakia die hier zonder tomatensaus wordt geleverd. Samen met een fles retsina (Malamatina) smaakte het weer uitstekend en was ik slechts ¿11 kwijt! Daarvoor heb je in Nederland enkel het hoofdgerecht (en dan moet je geluk hebben).

Hierna heb ik bij de Idiston bar een afzakkertje genomen. Een kamikaze die wel goed smaakte maar ook wel pijn deed. Want die koste meer dan de helft van het avondeten (¿6). Maar goed, dan moet ik ook maar van de alcohol afblijven. Om 23:50 sluit ik de luiken en geef mij over aan Hypnos.
 

Dag 12 - Zaterdag 12 Juni 2004

08:00 gaat de wekker en die zorgt er echt wel voor dat ik wakker word. 'Waarom zo vroeg?' zal menigeen zich afvragen. Er zijn drie mogelijke antwoorden hierop te geven. De eerste mogelijkheid is dat de term 'vroeg' een relatief begrip is en ook nog eens afhankelijk is van door cultuur en tijdszone bepaalde factoren. Tot zover het gezwam. De tweede mogelijkheid ligt in het feit dat ik een ochtend en een avond persoon ben. Vroeg opstaan, in de middag even een time-out en dan 's avonds weer verder. De derde mogelijkheid is dat ik het schiereiland wil rondlopen en dat niet op het heetst van de dag wil doen.

Feit is dat alle drie de antwoorden juist zijn, maar dat antwoord drie de meest doorslaggevende is geweest. En dus sta ik een half uur later met een rugzak op (met daarin de videocamera) beneden aan de waterkant en begin ik de ca 9500 meter lange rondreis. Het is nog lekker koel en ik begin op mijn gemak aan de tocht. Ik hoef geen ronderecord te lopen maar enkel te genieten. Het is heerlijk rustig en het kabbelende water zorgt ervoor dat je op veertjes loopt. Dat is op sommige plaatsen ook letterlijk het geval want de eenden en ganzen laten nog wel eens een veer. Het uitzicht over het meer is telkens weer anders en ook de fauna in het water is afwisselend. Ik heb drie slangen gezien waarvan een slang een nogal groot visje aan het verorberen was op de waterkant maar de vis liet liggen en het water in vluchtte toen hij mij aan zag komen. Veel, heel veel jonge vis tussen het riet en de stenen en in het riet een nogal raar piepend vogeltje wat over grote afstand al hoorbaar was.

Ook heb ik twee keer een groep wel heel vreemde beesten gezien. De meeste zaten in langwerpige voorwerpen die op het water dreven en zich met stokken voortbewogen. Dan cirkelde daar omheen een ronkend voorwerp wat heel veel geluid maakte. Aldus de beschrijving van een groep trainende roeiers met een gemotoriseerde en schreeuwende trainer. Dat verstoorde even de rust maar dat was gelukkig van tijdelijke aard.

De kilometers vlogen voorbij en aan het einde moest ik nog even het smalste deel van de stad doorkruisen. Daar was markt maar ik hoefde gelukkig niet te slenteren (dat hadden mijn spieren niet getrokken). Moe maar voldaan bereikte ik na 2 uur en 15 minuten weer Idiston. Meteen een lekkere douche, de voetjes even in het koude water en dan tot rust komen met een frappee en een leesboek. Het heetste gedeelte van de dag breng ik rustend op bed door met een leesboek en achter de laptop om jullie van al mijn avontuurtjes (nou ja, bijna alle) op de hoogte te brengen. Het verslag kost mij dit keer echter meer tijd dan verwacht, maar het is ook zo leuk om je herinneringen weer te beleven door ze op schrift te zetten. Hierdoor blijven ze ook beter in je grijze massa zitten en blijf je geestelijk fit (ahum).

Na de update van het verslag is het tijd voor het avondritueel en ik loop daarna de boulevard op. Ik bel met de buurman waarmee het helaas helemaal niet goed gaat en wens hem heel veel sterkte. Daarna ga ik op zoek naar wat eten. Het hoeft niet veel te zijn want veel trek heb ik niet. Ik besluit een kleine snack (pitta gyros) te nemen en daarna wandel ik nog wat verder door het centrum. Als ik terugkom bij de Idiston bar zitten daar de twee broers (Dimitris en Sakis) te praten. Ik mag erbij komen zitten en bied hen wat te drinken aan. Enkel Sakis wil wat en ik bestel twee bier. Ik zit lange tijd met Dimitris over van alles te praten. Zijn Engels is roestig want hij is alweer een jaar of twintig terug in Kastoria nadat hij 14 jaar in Canada heeft gewoond (studie en pelsindustrie). Maar dankzij mij - zegt hij - kan hij het nu weer wat ophalen.

De Grieken zijn ondertussen uitgelaten want tijdens het verslag tikken hoorde ik al wat gejuich. Ze hebben de openingswedstrijd van het EK tegen gastland Portugal gewonnen (tegen de verwachting in). Er rijden zelfs wat jongens al toeterend rond met de Griekse vlag buiten het raam. Alsof ze het EK al gewonnen hebben. Mij laat het koud, al dat voetbal, maar je ontkomt er hier niet aan. Overal staan TV's opgesteld om maar niets te hoeven missen. Dimitris neemt om 23:30 afscheid en wenst mij een Kalinichta. Ik ga bij zijn broer afrekenen maar die wil van niets weten. De drankjes zijn van hem en daarmee basta. Ik bedank hem en ga naar mijn kamer. Nog even wat lezen (want dat had ik vandaag schijnbaar nog niet gedaan) en dan om 0:30 sluiten alle luiken.
 

Dag 13 - Zondag 13 Juni 2004

08:00 De wekker maakt mij ruw wakker. De nacht is toch weer niet geheel vlekkeloos verlopen. Het is wat benauwder en ik kreeg tegen vieren dus weer een aanval. Wel veel minder zwaar, maar toch irritant genoeg om even goed wakker te worden. Toen de rust was wedergekeerd is de slaap toch weer gevat. Maar nu moet ik eruit want het is weer een vertrekdag. Ik breng de eerste spullen naar de auto en Dimitris nodigt mij uit voor een koffie. Ondertussen krijg ik van hem een compacte kaart van Griekenland en nog wat tips voor de volgende stops. Als ik met hem afreken - in de postieve zin van het woord - wil hij van geen fooi weten. Hij zegt dat hij zoveel lol aan ons contact heeft gehad dat een fooi dat plezier zou teniet doen. Ik dring nog aan maar zie aan zijn blik dat het hem ernst is. Ik bedank hem hartelijk voor alles en ga terug naar de kamer (nummer 22).

Daar ruim ik de laatste spullen op en leg het appartement op de gevoelige digitale cel vast. Met weemoed trek ik de deur dicht. De stap naar het onbekende is altijd moeilijker dan naar het bekende, maar ik moet hard tegen mijzelf zijn. Een rondreis betekent nieuwe dingen ontdekken en niet in het bekende blijven hangen. Ik neem nogmaals afscheid van Dimitris en wens hem alle goeds in het leven toe. Hij wenst mij hetzelfde en laat mij beloven voorzichtig te zijn in het verkeer. Dan start ik de auto en met 9791km en 20,5°C op de tellers vertrek ik richting de uitgang van Kastoria. Er hangt een wat sluierbewolking maar de zon laat toch flink wat van zich zien. Ik zie een bord met www.kastorianet.gr en besluit die site bij thuiskomst eens te gaan bekijken. Dimitris had het er ook al over gehad want zijn zaak zou er ook op geplaatst worden. Ik weet een ding zeker, de volgende overnachting is in Naousa. Volgens beide broers is die plaats leuker dan Edessa of Veria. Maar er zijn diverse wegen die er naar toe leiden. Ik kan via de snelweg, via een bergpas of langs de Albanese grens. Ik besluit voor de tweede te kiezen. De afstand is niet groot (ca 120km) en ik heb de tijd.

Omdat het vandaag zondag is (en de Grieken trouwens nu stemmen voor het Europese Parlement) besluit ik meteen de tank maar vol te gooien bij een Shell die open is. Later blijkt dat bijna alle pompstations open zijn, maar ik heb dat wel eens anders meegemaakt in Griekenland. De rit verloopt verder goed en rond twaalven bereik ik de stad Edessa. Ik tap wat flappen uit de muur maar voor de rest trekt de stad mij niet aan. Er schijnen wat mooie watervallen te zijn maar omdat het wat begint te spetteren laat ik die voor wat ze zijn en rij door naar Naousa. Daar is het iets opgeklaard hoewel de wolken tegen de bergen er wel donker uit zien. Ik rij wat rond door de plaats die stijl tegen de berg is opgebouwd waardoor de weg dus ook steil omhoog loopt. Ik zie weinig borden die wijzen op een hotel of appartement en word daar niet gelukkig van. Ook weinig bars of restaurantjes te zien.

Als ik bovenaan Naousa ben gekeerd komt er net een lijnbus het stadje binnen. Ik besluit die te volgen en daardoor zie ik ook een ander gedeelte van Naousa. Net buiten het centrum zitten de leuke bars waar het druk is met mensen die onder bomen zitten te praten en van een drankje te genieten. Ik rij iets verder en kom langs een grote fabriek. Net als ik wil keren zie ik een bord wat verwijst naar een hotel (Xatiati). Die borden heb ik eerder gezien en ik besluit ze te volgen. Binnen 200 meter stop ik bij een leuk uitziend hotel. Een beetje Oostenrijkse stijl aan de buitenkant en zeker goed verzorgd. Benieuwd loop ik naar binnen en word te woord gestaan door een man die redelijk goed Engels spreekt. Ja, hij heeft een kamer en voor ¿37 heb ik daar ook een ontbijt bij. Ik bekijk de kamer en sta weer versteld van mijn geluk. Geen armoedig zooitje maar een nette badkamer en een grote kamer met twee bedden verwelkomt mij. Zachtjes staat er een airco te draaien en de afstandsbediening van de TV heb ik al meegekregen.

Als ik mijn spullen uit de auto haal geef ik hem een compliment over de kamer. Ook vraag ik hem of het mogelijk is om meerdere dagen te boeken. Hij kijkt even in het grote boek en zegt dat dit geen probleem is. Ik beloof hem voor vanavond te vertellen wat mijn plannen zijn. Het is dan 13:50 en ik besluit nog even naar die straat met bars te lopen voor een frappee. Het is er gezellig druk en ik loop eerst even door naar een soort park. Dat eindigt in een soort "afgrond" (ja Mam, wel met een stevig hek) en vanuit daar heb je een magnifiek uitzicht over de laagvlakte die zich uitstrekt tot aan Thessaloniki. Helaas is het iets te heiig, maar ik kan zeker een 40 kilometer ver kijken. Dan loop ik terug naar de terrasjes en plof in een stoel. Een vriendelijke serveerster vraagt mij iets in het Grieks. Dat gaat mij echter iets te snel en ik vertel dat ik maar weinig Grieks ken. Ze probeert het met wat Duits en dan is de vraag al snel duidelijk: 'Wat wil ik drinken?'. Het antwoord is 'ena frappee metrio chories gala' en ze kijkt even iets verward. Maar dan vertrekt ze, dus ze zal het wel gesnapt hebben.

En inderdaad, er wordt keurig de gewenste frappee bij mij neer gezet waarbij ze lief naar mij lacht. Volgens mij denkt ze dat ze in de maling genomen wordt want bij de bar staat ze met een aantal anderen duidelijk mij te observeren en te bespreken. Maar dan laat ze het erbij en gaat weer aan het werk. Ik geniet van de cafeïne en stuur wat sms-jes. Als ik afgerekend heb probeert de serveerster het weer in het Grieks. Dit keer versta ik de zin wel en ze blijkt mij te bedanken en een goede maaltijd te wensen. Ik bedank haar in het Grieks terug en krijg een volle glimlach terug. Geen idee wat ze denkt, maar ik vond het wel apart. Toch snap ik een deel wel, want heel veel Grieken verlaten nu massaal de terrassen. Ze gaan nu blijkbaar eten.

Als ik terug loop naar het hotel hoor ik het in de verste donderen. Bij binnenkomst zit de man voor de TV te eten. Ik wens hem eet smakelijk en vraag of ze hier in de middag warm eten. Hij vertelt mij dat ze dit het liefst twee keer per dag doen. Ik ga naar mijn kamer (nummer 21) en installeer de laptop. Aangezien het nu toch wat begint te spetteren en te donderen kan ik beter aan het verslag werken. Ook maak ik een planning voor de komende dagen en wil hier drie nachten gaan blijven. Morgen - maandag - naar Thessaloniki (en omgeving), dinsdag een 'rustdag' en woensdag de trip naar Kavala. Of ik daarbij meteen de oversteek naar Thassos maak laat ik afhangen van de aankomsttijd in Kavala. Zodoende is het nu 18:00 geworden en trekt er nu een flinke onweersbui over. Ik zit binnen en zal zo de site bijwerken, de douche uitproberen en straks een hap gaan eten. Ach wat heb ik het toch druk¿

De site werd weer keurig bijgewerkt via het mobieltje en de douche was warm en sproeide alle kanten op. Maar omdat ik toch in een douchecabine sta maak ik de rest van de badkamer niet nat en maakt het mij weinig uit. Het is ondertussen opgeklaard, dat wil zeggen dat het droog is en verderop enkel weerlicht, en ik besluit op zoek te gaan naar een restaurant. Er is keuze genoeg en ik kies er gewoon een uit, Omdat ik het weer niet vertrouw, ga ik binnen zitten achter ene compleet open gekanteld raam. Daar eet ik een feta uit de oven, een tomaten/komkommer salade en een kipfilet met kaas/spek garnering. Ook dit keer begeleid ik het eten met een retsina en aldus gaan er weer voldoende voedingstoffen en vitaminen naar mijn spijsverteringskanaal.

Op de weg terug neem ik bij een bar nog een slaapmutsje - in de vorm van een Mythos - maar dat is eigenlijk niet nodig. Bij het hotel aangekomen zakken mijn ogen al bijna dicht en zoek ik snel mijn bedje op. Aangezien de deur naar het balkon geen gordijn of luik heeft zal ik in de ochtend niet lang uitslapen. De andere gordijnen - bij de ramen aan het hoofdeinde van mijn bed - zijn zo mooi gedrapeerd dat ik besluit ze lekker te laten hangen en alles dus open te laten. Doe ik thuis ook wel eens en dat word je in de ochtend lekker door het zonnetje gewekt. Aldus sluit ik enkel mijn eigen luiken om 23:45.
 

Dag 14 - Maandag 14 Juni 2004

En inderdaad word ik om 07:30 wakker van een zonnetje wat door de ramen heen mij aanspoort mijn luikjes weer te openen. Dat lukt prima en ik stap opgewekt een nieuwe ochtend tegemoet. Dat gaat via de badkamer naar de deur en dan naar beneden richting ontbijt. Ze hebben daar een mooie kamer voor waar ook weer alles in een mooie houtsoort is gedecoreerd (Marco, ik zou niet weten welke maar het ziet er schitterend uit). Het ontbijt is in buffetvorm en is zeer uitgebreid. Van diverse soorten cornflakes, brood en beleg tot aan een gekookt ei en diverse soorten toetjes. Dat legt een mooie bodem voor een goede dag en ik laat het mij prima smaken. Ik zit er alleen maar weet zeker dat er meerdere gasten in het hotel zijn.

Na het ontbijt ga ik richting auto want ik wil vandaag de stad Thessaloniki met een bezoek vereren. En zodoende start ik om 08:21 de Opel motor en met 20,5°C en 9949km op de tellers ga ik richting Veria. Die plaats bereik ik al snel en ik zie dat de route naar Thessaloniki mij door de stad heen leidt. Toch geeft dat weinig problemen want het is geen grote stad en al helemaal niet druk. Ik zie echter ook weinig redenen om deze stad te gaan verkennen - het is een normale Griekse stad - en laat mij leiden door de borden zodat ik aan de andere kant van Veria de stad verlaat. Daar komen dan ook de borden van de snelweg in zicht want tot aan Thessaloniki is de snelweg gereed voor gebruik en dat zal ik ook zeker doen. Waarom de snelweg hier al gereed is word al snel duidelijk. Het is een immense laagvlakte tot aan Thessaloniki en dan is een snelweg aanleggen net zo 'eenvoudig' als dat in Nederland is. Maar de stukken door de bergen - die je nogal tegenkomt als je naar de westkust wilt - maken de aanleg aldaar een stuk ingewikkelder en duurder.

Met een fikse vaart (120km/u maximaal) vliegen de kilometers onder de banden weg. Onderweg springt de kilometerteller van 4 naar 5 cijfers over (10000km in iets meer dan 2 maanden). Thessaloniki komt dus al snel in zicht en ik laat mij met de stroom meedrijven, zo de stad binnen. Het is een grote stad en de wegen die ik nu te pakken heb gaan met 3 rijstroken door de stad heen. Het is er druk, maar tot files komt het niet. Echter, het is een stad die mij niet zou aanspreken als het om een vakantie gaat. Geef mij maar een leuk dorpje met net genoeg uitgaansgelegenheden en als ik drukte wil kan ik die altijd met de auto opzoeken.

Ik volg de weg langs de kust maar die houd er ineens - zonder voor mij zichtbare waarschuwing - mee op en draait richting centrum van de stad. Dat was ik niet van plan dus draai ik de auto en zet hem even verderop op een parkeerplaats neer. Ik loop naar een koffiebar en bestel er een cappuccino. Die doet een aanslag op mijn budget en op mijn darmen. Voor ¿3,30 mag ik ook best wel van het toilet gebruik maken dacht ik zo. En dat dit geen straf is, ondervind ik al snel. Een keurig toilet met indirecte verlichting en radiomuziek op de achtergrond. Dat die net een soort sprookje uitzenden mag de 'pret' niet drukken.

Hierna ga ik alweer de uitgang vinden van deze stad. Dezelfde weg terug is uitgesloten want het was een eenrichtingsweg. Dus mag ik nu via andere straten proberen om eruit te komen. Gelukkig heb ik ook een stratenplan en daarmee moet ik mijzelf toch een weg uit deze stad kunnen banen. Dat blijkt ook prima te lukken maar dan iets minder snel. Want nu sta ik wel in drie banen file en rij van stoplicht naar stoplicht. Toch bereik ik weer de snelweg en gaat de rit verder. Ik wil via binnendoor wegen terugrijden. Bij een snelwegkruising - een soort Oudenrijn, wel met fly-over maar op iets kleinere schaal - kies ik de richting van de grenspost Evzoni. Daar heb je de grens met Bulgarije maar zover rij ik niet door. Wist je dat het noorden van Griekenland vier buurlanden heeft? Albanië, de voormalige Joegoslavische Republiek, Bulgarije en Turkije. Alle vier hebben mensen die graag via deze weg het Europese Beloofde Land binnen zouden willen komen. Vandaar dat er hier vrij veel grenspolitie rondtrekt. Ik kan echter ongestoord doorrijden (ze stonden bij een tolpoort op de snelweg) en ga de richting van Edessa op. Hierbij kom ik langs het dorpje Pella. Ze hebben daar een opgraving maar die laat ik rechts liggen. Ik ben toch meer geïnteresseerd in de huidige Griekse mens of in het recente verleden. Als er bijna geen steen meer op een ander staat, word het voor mij moeilijk om een goed plaatje te maken. Waarom dan wel Pella noemen? Blijf lezen¿

Ik rij verder maar zie bij de bergen verderop een gitzwarte lucht. Dat beloofd echt weinig goeds! Ik wilde Edessa nog eens verkennen maar deze lucht schrikt mij goed af. Als ik meer naar links kijk zie ik dat het daar wel mee valt. En daar ligt Naousa. Dus besluit ik toch maar op huis aan te gaan. Om 13:18 kom ik bij het hotel aan en heb ik 235 kilometer afgelegd door een weinig afwisselend landschap. Het spettert heel even maar dat mag geen naam hebben. De druppels verdampen voordat ze de grond raken. Ik wil nog wat beweging hebben want ik heb bijna de hele ochtend stil gezeten in de auto. Dus pak ik mijn leesboek in en loop wat door Naousa te slenteren. Dit is het soort stadjes/dorpjes wat ik leuk vind. Overzichtelijk qua loopafstanden en toch alles te bieden hebbend. Na wat omzwervingen beland ik in het park. Daar is ook een taverna met een terras wat over de laagvlakte uitkijkt. Aangezien de ober weinig Engels kent roept hij vanuit de keuken de kokkin. Die kent wat Duits en samen lopen we de mogelijkheden door. Volgens haar ben ik toe aan een Omelet speciaal. Ik besluit die te nemen. Ik weet vanuit eerdere ervaringen - Maria heeft mij zo'n omelet ook eens voorgeschoteld - dat het meer op een fiks gevulde pannenkoek lijkt want er gaat van alles in tot en met patat. De kokkin had gelijk, dit was precies wat ik nodig had. Ik blijf een tijd heerlijk onder de bomen zitten lezen.

Terug op de hotelkamer is het dan toch echt even tijd voor een siësta. Als ik weer wakker word zet ik de TV aan en zap ik wat langs de kanalen. Het nieuws is bezig en wat zie ik daar? Het dorpje Pella wat een meteorologische verwoesting heeft doorstaan. Het schijnt er ontzettend te hebben gehageld en geonweerd. Ik zie autoruiten aan gort en diverse oogsten - waaronder pruimen en druiven - zijn kapot geslagen door de hagelstenen. Ben ik blij dat ik niet in die buurt ben (gebleven). Ik ga al bijtijds de stad in want het begint in de verte wat te weerlichten. Ik hoop echter niet dat wij dezelfde ramp als Pella ons heen krijgen.

Dat krijgen we inderdaad niet, maar wel komt er een fikse plensbui met onweer langs als ik een taverna gevonden heb. Ik zit binnen achter de schuifpui en blijf verschoond van alle nattigheid. Aangezien de ober weinig Engels kent en er geen menukaart verschijnt bestel ik een mij bekende combinatie: Saganaki, Choriatiki en Paidakia. Het is weer zwaar om al dat lekkers weg te krijgen, maar de retsina helpt duidelijk een handje. Als ik weer huiswaarts keer is het gelukkig droog en met een fikse stap loop ik richting hotel. Verderop komt de volgende bui al aan als ik het frequent weerlichten mag geloven. Door alle verdampende vochtigheid is het klam en ik heb licht klotsende oksels als ik het hotel bereik. De airco op de kamer wordt centraal bediend en staat uit. Na wat lezen vallen mijn luiken om 0:45 vanzelf dicht
 

Ja, lieve kijkbuislezertjes. Deze twee weken zijn omgevlogen. Als je wilt weten hoe het mij verder vergaat dan zou ik zeker eens op de link aan de linkerkant klikken met de tekst "15 t/m 30 juni". Daar gaat deze vakantiesoap verder...